9.11.13

Een echte man

Een echte man

Ik loop elke dag op dezelfde route naar school, met muziek en alleen. Zo vind ik het fijn, want zo kan ik mensen om me heen observeren en bezig zijn met mijn gedachten. Ongeveer drie jaar geleden was ik voor het eerst geschrokken van een man die zo hard aan het trappen was op zijn fiets, dan mijn gedachten gestoord waren. Hij droeg een pak, had een aktetas in zijn hand en zag best raar uit op de fiets. Zo'n man zou je in een grote auto verwachten, toch zat hij op de fiets. De volgende dagen zag ik hem nog een aantal keren weer zo voorbij schieten en ik werd nieuwsgierig. Ik verzon verhalen over dat hij elke ochtend te laat opstond, waardoor hij te laat van huis vertrok naar zijn werk. Ik verzon dat hij misschien elke ochtend een sport deed, die hij zo leuk vond dat hij de tijd vergat. Ik verzon dat hij meerdere vrouwen had, en dat hij snel thuis moest zijn voordat zijn echte vrouw erachter kwam waar hij was. Maakt niks uit wat voor verhaaltje ik in me hoofd had, ik vond hem heel zielig eruit zien. Zo elke dag zwetend, angstig om te laat te zijn.. Ik besloot op een dag om naar hem te gaan glimlachen. Mijn gedachten waren toch al gestoord door hem, dan kan ik net zo goed iets voor hem doen. Eerst keek hij me heel raar aan, maar ergens ook dankbaar. Ik keek alsof ik hem begreep, terwijl ik geen idee had welk van mijn verhalen eigenlijk klopte. Zo zijn er jaren voorbij gegaan. Hij fietsend, ik lopend, zonder een woord. Toch voelde het alsof we elkaar kenden. Net als de vrouw met de boodschappentas die elke ochtend bij de stoplichten oversteekt wanneer ik oversteek en uiteindelijk bij een verzorghuis naar binnenloopt. In haar was ik nooit zo geïnteresseerd, ze werkte daar of ze woonde daar. Maar die man... 
Ik ben erg introvert, dus ik vond al knap dat ik naar hem durfde te glimlachen. Maar ik kon me niet toezetten om hem een keertje aan te spreken en het leek me ook onmogelijk. Hij ging elke dag zo snel voorbij, ook al leek het voor mijn slow-motion. Dit is mijn laatste jaar op deze school, vanaf volgend jaar loop ik een andere route. Ik besloot om het gewoon op te geven en vast te houden aan mijn verhaaltjes over hem.
Totdat ik op een dag hem lopend tegenkwam. Ik geloofde het eerst niet, ik keek om me heen en verwachte dat de echte fietsende man zo eraan kwam. Maar hij was het echt. Ik deed mijn oordopjes uit en ik deed iets heel onverwachts.
'Sorry meneer, weet u misschien hoe laat het is?' ik had een horloge om me pols, maar die probeerde ik opeens te verbergen. Ik deed het zonder na te denken. Wij schrokten allebei. 
'Het is tien voor acht.' hij wilde verder lopen, maar ik kon hem niet laten. Ik deed een beetje onhandig en deed een stap achter hem, waardoor hij stopte.
'Mag ik u iets vragen?'
'Dat heb je net ook al gedaan. Maar, vooruit.' ik was bang dat hij nee zou zeggen en wilde al weglopen, maar dit was nieuw. Hij stond daar en dit was mijn kans om eindelijk erachter te komen waarom hij altijd zo'n haast had. 
'Waarom fietst u altijd zo snel?' ik voelde me erg dom. Hij keek me verbaasd aan.

'Hoe bedoel je? Ik ben aan het lopen.'
'Nou, normaal gesproken bent u op de fiets en fietst heel snel. Ik loop elke dag ook hier en ik zie u dus elke dag hier fietsen. Waarom loopt u vandaag eigenlijk?' ik begon me steeds dommer te voelen, maar de adrenaline stroomde in mijn bloed en dat maakte me dat ik het durfde te vragen.

'Jij bent de smile meisje! Ik heb het met mijn vrouw over jou gehad. We vroegen ons af waarom je altijd naar me glimlachte. Nu weet ik het weer. Mijn fiets is gestolen en ik heb geen tijd gehad om een nieuw fiets te gaan halen.'
'Maar bent u dan niet te laat?' ik werd nog roder.
'Te laat? Nee. Ik heb al gebeld dat ik laat zou zijn vandaag.'
'Maar waarom staat u niet gewoon eerder op?' ik wilde opeens al mijn vragen stellen. 
'Omdat de verzorghuis waar mijn moeder woont pas om 7 uur opengaat. Ik bezoek haar elke dag met mijn dochter. Vervolgens breng ik haar naar school. En dan moet ik haasten naar werk.' ik voelde me enorm opgelucht. Hij had toch een andere vrouw in zijn leven, maar helemaal niet hoe ik het dacht... En hij had zelfs een dochter! 
'Meisje?' ik was even weg in mijn gedachten en ik heb niet gehoord wat hij vroeg.
'Ja?'
'Ik vroeg waar jij heen liep elke ochtend en waarom je eigenlijk glimlachte.' opeens was ik weer gesloten. Ik vond het altijd al eng om over mezelf te praten. Ik ben goed in luisteren en misschien ook nog vragen stellen, maar praten was nooit mijn sterkste kant.
'Ik.. ik... ik zit daar op school.' ik wees naar mijn school in de verte. 'Ik wilde u blij maken. U zag er best ongelukkig uit. Nee, niet ongelukkig.. gewoon moe. Zoiets.'
'Nou, het was inderdaad aardig van je. Maar, ik moet nu echt verder en jij ook volgens mij. Ik zie je nog... smile meisje. Wat is je naam eigenlijk?'
'Katie. En u, fietsende meneer?'
'Rob. Doei, Katie!'
'Tot ziens, Rob!'
Ik liep verder naar school, helemaal weg van de wereld. Rob was geen man die te laat opstond of een man die vreemdging. Hij was een echte man. Hij heeft zijn leven zo geregeld dat hij voor al zijn vrouwen genoeg tijd had. Het maakte hem niet uit dat hij elke dag zo hard moest trappen op zijn fiets, zolang hij maar bij zijn vrouw, dochter en moeder kon zijn. 
Een aantal dagen later zag ik hem weer voorbij fietsen en deze keer glimlachte hij ook terug. 

*Hij heet geen Rob in het echt. :)

No comments:

Post a Comment